vrijdag 20 september 2013

HOE ik schrijf

Ik heb vorige week (op verzoek) beschreven hoe ik mijn boek 'ik, Lente' heb geschreven. HOE dus, op welke manier, volgens welk stramien, volgens welke opbouw. Ik heb mijn manier beschreven op mijn manier, op de bij mij horende 'verse-novel-manier.'
Deze manier past bij me, omwarmt me.
Of ik precies aan je kan overbrengen HOE ik schrijf? Ik heb geen idee. Dat idee heb ik pas als je laat weten in hoeverre het me is gelukt om je te bereiken.


Ik schrijf.
en wanneer ik mag beschrijven
hoe ik schrijf
dan neem ik je mee
gedachteloos
naar zwevende woorden.
Ze wachten op me
hangen ergens in de lucht
die om me heen zijn best doet
om me in zich op te nemen.
De woorden
het zijn er drie, raken me,
in willekeurige volgorde
en ik verberg ze
in de palm van mijn hand
waar ze elkaar vinden
zonder dat ik het zie
omdat de woorden bedekt zijn
door mijn warme handpalm.

drie woorden zijn het
‘vogelverschrikker’
‘prikkeldraadbomen’
‘bron van zotheid’
ze nemen mijn gedachten mee
spelen er mee
zoals mijn gedachten eindeloos spelen
met de woorden.
Ik laat ze leven
of zijn ze in staat
om mijn leven te sturen
een kant op te laten gaan
die ik ontdekkend verken
tot voorbij de bomenrij
die de horizon verbergt.

Ik schrijf
en balanceer daarbij op de grens
van proza en poëzie.
Er lijkt geen grens te zijn.
Die heb ik geschrapt
zoals ik uiteindelijk meer schrap dan schrijf
opdat ik de essentie overlaat
waardoor je zelf
lezer
dat wat ik wegliet
er bij gaat denken.
De woorden die mij vinden zingen
laten me meanderen
door een landschap
dat in mijn hoofd een vorm krijgt.

De drie woorden
ze raken elkaar
na verloop van tijd
versmelten
gaan hun eigen weg
samen
en ik sta er bij
glimlachend
als ik zie
dat de woorden
uiteindelijk niet zonder elkaar kunnen.
Dat ze het verhaal vertellen
dat er al lang was
maar nog nooit was uitgesproken.

Ik schrijf.
Wanneer de laatste punt is gezet
alle woorden fluisterend
op hun plek zijn gevallen
dan kijk ik, laat ik ze gaan
mag je ze lezen
zijn ze van jou
zoals deze woorden
nu
van jou zijn
zoals mijn manier van schrijven
nu jouw manier van lezen is geworden.
Ik schrijf
omdat jij leest
over prikkeldraadbomen
een bron van zotheid
en een vogelverschrikker
opdat jij nu weet
dat ik de woorden vond
in de lucht
die jij uitademde
waardoor het
meer dan je denkt
ook jouw woorden





vrijdag 30 augustus 2013

trefzeker, aangrijpend en meeslepend

Aanstaande woensdag vertel ik over 'ik, Lente', mijn laatste roman.
Dat doe ik in de bibliotheek van Odoorn, mijn woonplaats.
Spannend? mwah...
Vooral uitdagend. Contact met (aanstaande) lezers is voor wat betreft dit boek nieuw.

Mijn overbuurvrouw is vooral benieuwd naar het waarom? Waarom ik schrijf zoals ik schrijf: in korte ritmische zinnen die balanceren op het grensvlak van poëzie en proza.
De bibliothecaresse is nieuwsgierig naar hoe ik me heb ontwikkeld als schrijver sinds ik 27 jaar geleden mijn eerste dichtbundeltje aan haar verkocht en een schrijfwedstrijd van de provinciale bibliotheek won met het verhaal "de kleur bekend".
De schooljuf uit Schoonoord heeft twee kaarten gekocht vanwege de verhalen die ze hoorde over het boek (en omdat ze bij me in de klas zat op de PA)

Ze heeft iedereen zijn reden om te komen. En ik... ik doe het omdat ik graag mijn verhaal vertel, omdat ik graag verhalen vertel, omdat ik graag vertel hoe ik schrijf en waarom ik schrijf.
Want contact met de lezers, dat vind ik belangrijk. Dat gaat net een stap verder dan het contact met de lezer die schrijft hoe hij/zij mijn boek heeft ervaren.
Ik ga een lezing houden. En eerlijk gezegd hoop ik dat er meer lezingen gaan volgen.




Lente is een 'thuismeisje dat graag naar buiten gaat'. Haar moeder Zwaan was zestien toen Lente werd geboren en is nu 'de stervende Zwaan van drieëndertig'. Vader is bij Lente niet bekend. Storm, Lente's vriend is een bosjongen: zijn vader is boswachter. Opa, zit in een rolstoel, kan wel lopen, maar heeft 'prikkeldraadbenen' omdat oma hem belette te reizen. Oma, 'wilde de baas zijn over onnavolgbaarheid'. Zij mishandelde Zwaan en bij de geboorte van Lente is zij weggelopen voorbij de rand van het bos waar Lente niet mag komen. Door het dorp gaan fluisterstemmen over de zes zonen van de postbode die betrokken zijn bij het drama van Zwaan, Oma en Lente. De Vogelverschrikker aan de rand van het bos verpersoonlijkt het drama van deze plek. Roman met boeiende dialogen, uitgediepte karakters en een onderliggende dramatiek. Door de opvallende typografie (een kolom in ruime bladspiegel, waardoor het poëzie lijkt) krijgt elk woord een diepere betekenis. Korte ritmische regels, trefzeker, veelzeggend, vol emotie, maar ook sober, aangrijpend en meeslepend. Kleine druk. 
J. de Jager-v.d. Wijst (NBD|Biblion recensie)

maandag 26 augustus 2013

ik, Lente (de lezing)

KOMT ALLEN!

Ik lente: lezing over een bijzondere manier van schrijven door Jelte van der Kooi

Schrijver Jelte van der Kooi uit Odoorn geeft op woensdag 4 september een lezing over zijn onlangs verschenen boek: “Ik, Lente”.

Ik, Lente vertelt het verhaal van een zestienjarig meisje, dat samen met haar moeder en opa in het dorp Bankschroef woont. Een dorp waar gefluisterd wordt, een dorp waar je niet oud wilt worden.
De roman is geschreven in versvorm , verse novel, een nieuw literair genre en kreeg van lezers zeer positieve reacties.
Tijdens de lezing neemt Jelte u mee in de bijzondere wereld van de verse novel, hij vertelt over het ontstaan van het boek en waarom hij op deze manier schrijft.
Aanvang lezing: 20.00 uur. Toegangskaarten: €2,00 voor bibliotheekleden, € 2,50 voor niet-leden.

Reserveren toegangskaarten mogelijk: info@bibliotheekodoorn.nl / of 0591 512748

Ik zie je graag volgende week woensdag bij mijn lezing!

Jelte

Lente is een 'thuismeisje dat graag naar buiten gaat'. Haar moeder Zwaan was zestien toen Lente werd geboren en is nu 'de stervende Zwaan van drieëndertig'. Vader is bij Lente niet bekend. Storm, Lente's vriend is een bosjongen: zijn vader is boswachter. Opa, zit in een rolstoel, kan wel lopen, maar heeft 'prikkeldraadbenen' omdat oma hem belette te reizen. Oma, 'wilde de baas zijn over onnavolgbaarheid'. Zij mishandelde Zwaan en bij de geboorte van Lente is zij weggelopen voorbij de rand van het bos waar Lente niet mag komen. Door het dorp gaan fluisterstemmen over de zes zonen van de postbode die betrokken zijn bij het drama van Zwaan, Oma en Lente. De Vogelverschrikker aan de rand van het bos verpersoonlijkt het drama van deze plek. Roman met boeiende dialogen, uitgediepte karakters en een onderliggende dramatiek. Door de opvallende typografie (een kolom in ruime bladspiegel, waardoor het poëzie lijkt) krijgt elk woord een diepere betekenis. Korte ritmische regels, trefzeker, veelzeggend, vol emotie, maar ook sober, aangrijpend en meeslepend. Kleine druk. 
J. de Jager-v.d. Wijst (NBD|Biblion recensie)

maandag 19 augustus 2013

Friso

Friso

Mijn leven is overzichtelijk.
Een moeder die Beatrix heet
en Mabel, mijn Mijn.
Samen laten we onze meiden groeien.
Ik ben
al vierenveertig jaar Friso
en over een half uur
ga ik skiën met Florian
omdat ik wil weten.
Ik wil altijd weten.
Mabel zegt
dat de sneeuw zo zacht is
dat het hard kan aanvoelen
en zwart en glad
en duister.
Ze heeft er vanmorgen naar gekeken
met de dromerige ogen
waarin ik graag verdwijn
als onze wimpers in elkaar grijpen.
Mabel vindt
dat ik een goede skiër ben.
Ik bloosde volgens mij
toen ze het in mijn oor lispelde
zoals ik altijd bloos
bij alles wat ze zegt.
Nou ja.
Bij bijna alles.
Tot later papieren bootje.
Tot zo.



Mabel

Ik sluip door je hoofd
terwijl ik mijn best doe
om je niet wakker te maken.
Je slaapt, Friso.
Ik ben op zoek naar je dromen
maar ze zijn onzichtbaar
alsof ze zich hebben verstopt.
Mijn gedachten dwalen in je hoofd
maar ze bereiken je niet.
Het is net of je aan een overkant staat
en naar jezelf kijkt
zonder dat je inziet
dat je niet hier staat
maar daar.
Ik zie je worsteling,
je onrust.
Je woelen en de paniek
achter je gesloten ogen
of is het mijn onrust?
Ik zou jouw gedachten
willen laten dromen.
Ik zou ze willen overnemen
om ze voor je te rangschikken
opdat je straks weer zelf
de mooiste gedachten droomt.




Friso

Er sluipt iemand
op kousenvoeten
door mijn hoofd.
Bijna onopgemerkt
vrijwel onhoorbaar
en niet te voelen.
Toch weet ik het zeker
zonder dat ik voel wie het is.
Ben jij het, mama?
Of jij, Mabel, lieve vrouw?
Of jullie, Luana en Zaria?
Niet weten
maakt het vinden leuker.
Vertel het me niet,
antwoord niet,
laat me vinden
tussen mooie gedachten
en uitgedroomde dromen.
Uiteindelijk zie ik je
waarna ik weet
wat ik nu niet weet -
en nog niet hoef te weten
want wie op kousenvoeten
door mijn hoofd sluipt
heeft een reden
om zich niet bekend te maken.



Mabel

Ik heb nieuwe zinnen gevonden.
Woorden,
dromen
en herinneringen.
Ze zijn, Friso,
een optelsom
van op een rij gezette gedachten.
Van losse dagboekflarden
die we hebben gelezen
om er achter te komen
wie je nog meer bent
op de momenten
dat je de rust nam
om naar jezelf te kijken
en hoe je misschien wel denkt.
Ik weet dat jouw traagste gedachten
nog veel sneller gaan
dan de snelste manier van schrijven.
Ik wil je gedachten graag samenvatten
en mijn woorden toevoegen
aan de woorden die je schreef.
Op die manier wil ik het nieuwe verhaal
aan je voorlezen.
Ik wil nieuwe gedachten toevoegen
aan je dromen
wil de gedachten aanvullen
vanaf het moment
dat jouw gedachten
je dromen
even stilstonden.
Ik weet niet
in welke volgorde je je dagboekflarden schreef.
Er staat geen datum bij
en ik vind ze overal
waar jij ze voor jezelf
hebt achtergelaten
Ik vond ze zonder zoeken
en denk dat het jou helpt
als ik ze aan je voorlees
samen met mijn gedachten er tussen door.
Ik weet niet altijd hoe je je voelde
toen je ze schreef
en je dromen of werkelijkheden samenvatte.
Ik lees jouw gedachten, Friso
en misschien geef je nu nieuwe woorden
waardoor je gaat begrijpen
waarom ik rondloop
in jouw hoofd.
Ik laat je kijken naar mijzelf
zoals ik nu kijk naar jou en je dagboekwoorden,
jouw dromen
en herinneringen
lieve, lieve Friso.



Mabel

Ik weet het.
Ik ga uiteindelijk
ook die kamer
in je hoofd openen.
Dat weet ik.
Maar ik wacht er nog even mee.
Het liefst tot het moment
dat ik zeker weet
dat je er klaar voor bent.
Eerst moet ik je laten zien
wat er nog meer is.
Ik denk
dat je veel niet meer weet
of veel nog niet weet.
Vergeten
weggestopt
opgeborgen
in die laatste kamer.
Ik weet het.
Ik heb de sleutels
en de rust
om te kijken
te beschrijven
en te ontrafelen
waar jij een andere rust hebt
dan ik
en niet van een afstand kan kijken
naar jezelf
en wat je bezig houdt.
Dat weet ik.
Ik open die laatste kamer
als het tijd is
om hem te ontsluiten.
Maar nu nog niet.
Ik bereid je er rustig voor
op wat je niet meer weet
of nog niet weet.


Tot zover de eerste vijf pagina's van een boek dat ik schreef.
Ik ga het boek nu voor mezelf printen om het daarna aan mezelf voor te lezen.

En jij?
Nieuwsgierig naar het vervolg?

zaterdag 22 juni 2013

NIEUWS: ZOMERZINNEN

WoordenWoud
Jelte van der Kooi speelt op ongeëvenaarde manier met woorden. Uw woorden. Hij krijgt van u een woord, schrijft er een gedicht over dat een plek krijgt in het WoordenWoud, een bos dat groeit met elk gedicht dat hij schrijft. Klaar terwijl u wacht!
Een combinatie van poëzie en proza in een artistieke omgeving: Uw omgeving.
Aan het eind van de dag leest u tussen de regels door en ziet u door de bomen het WoordenWoud.

Jelte van der Kooi (1965) is schrijver, verteller en denker zonder kaders. In zijn werk brengt hij organisaties en mensen in beweging, verbindt ze door te prikkelen en te spelen met nieuwsgierigheid. Dat doet hij ook met deze zijn onlangs verschenen roman ‘ik, Lente’, een verse novel, lichtvoetig balancerend op de grens van proza en poëzie. Lezers roemen het en noemen het, door vorm en inhoud “het meest bijzondere boek van 2013”

Vanmiddag en vanavond is Jelte aanwezig tijdens Zomerzinnen!

maandag 17 juni 2013

ambassadeurs gevraagd

Ik heb je hulp nodig!

Elke boekhandel koopt scherp in. Te veel voorraad is verlies. Met voorraad blijven zitten is nog meer verlies.
Boeken zijn handelswaar.
Uitspraken van boek(ver)handelaren:
‘Wat ik inkoop, wil ik ook verkopen’
‘Ik moet zeker zijn van een redelijke mate van verkoopbaarheid.’
‘Het boek moet zich zelf verkopen. Ik stel alleen 330 vierkante centimeter tentoonstellingsruimte beschikbaar.’

En zo is het ook natuurlijk.
De andere kant.
Jij koopt een boek:
- omdat je er van hebt gehoord
- omdat je er over las
- omdat je het ziet liggen -> impulsaankoop.

Zo gaat het ook met inkopers van boeken.
Ik, Jelte, kan niet naar elke boekhandel stappen om ervoor te zorgen dat ik 330 vierkante centimeter tentoonstellingsruimte in een boekhandel krijg. Er verschijnen zo veel boeken per jaar. Waarom zouden ze mijn boek inkopen?

Daar heb ik hulp bij nodig.
Jouw hulp, als vriend/ fan/ lezer/ bewonderaar/ ambassadeur van ik, Lente.

Want wat ik zie is dat als mensen mijn boek in handen hebben, als ze het inkijken… dan worden ze nieuwsgierig en blijven ze nieuwsgierig!

Wat stel ik me bij het ambassadeurschap voor?

Je gaat met je beduimelde, vers gelezen exemplaar van ik, Lente naar je boekhandel.
Je gaat in gesprek met de hoofdinkoper/ boekverkoper over ik, Lente en jouw lezerservaring (eventueel aangevuld met de opmerkingen/ recensies van derden.

optie:
1. Je neemt een foto van de verbaasde, nieuwsgierige boekinkoper en deelt de foto via de social media.
2. Je geeft ze mijn adres en telefoonnummer en laat ze een impulstelefoontje met me voeren.
Wat krijg jij er voor?
1. Je bent onderdeel van een bizoender experiment (zo bijzonder dat je t zou willen kussen)
2. Een persoonlijk gedicht van mij voor jou (over een onderwerp naar keuze)

Er ontstaat een win-win-win situatie.
1. Voor de boekhandelaar: hij koopt een bijzonder, persoonlijk aangeprezen boek in dat een redelijke mate van verkoopbaarheid heeft.
2. Voor mij omdat mijn naam en boek meer bekend raken.
3. Voor jou omdat je een persoonlijk gedicht krijgt en er een grotere kans is dat er een tweede verse novel wellicht eerder het licht zal zien.

Wie wordt de ambassadeur van ik, Lente? Jij?

Alvast bedankt.

Meer info (voor de boekhandelaar :) )



donderdag 13 juni 2013

proefdraaien

Proefdraaien.
Aanstaande zaterdag 15 juni kun je mijn woorden in de open lucht tegen komen.
Zo maar. Tenminste, als je over de stadsvloer van Emmen loopt, in de Noorderstraat, ter hoogte van boekhandel Vermeer.
Daar loop ik tussen 1300 en 1500 uur rond, op zoek naar je mooiste woord.
Ik vraag je je mooiste woord en in ruil daarvoor krijg je een gedicht dat ik vervolgens door de straat laat varen!

Beetje vaag en wellicht iets te romantisch, bovenstaande beschrijving!

Nog een poging:

Kom gewoon kijken.
Wat je ziet: een gedichtenrij waar je tussen door kunt lopen om gedichten te lezen die ik ter plekke schrijf naar aanleiding van een woord dat ik van je krijg.

Oh ja. Ik neem ook mijn recensiescherm mee (zie foto) om de aandacht te vestigen op ik, Lente, mijn boek, dat op hetzelfde moment verkrijgbaar is bij boekhandel Vermeer. En omdat ik toch in de buurt ben kan ik gelijk een opdracht/ gedicht voorin jouw exemplaar schrijven.




Jelte van der Kooi (Urk, 1965) woont in Odoorn en is schrijver, verteller en denker zonder kaders. In zijn werk brengt hij organisaties en mensen in beweging, verbindt ze door te prikkelen en te spelen met nieuwsgierigheid. Dat doet hij ook met deze zijn onlangs verschenen roman ik, Lente, een verse novel, lichtvoetig balancerend op de grens van proza en poëzie. ik, Lente is zowel in papieren versie als voor smartphone verkrijgbaar Daarmee hoopt de schrijver naast de reguliere romanlezer ook de nieuwe generatie lezers aan te spreken. Van der Kooi: “Mijn grotere doel is om jongeren weer aan het lezen te krijgen, ze weer plezier te laten krijgen in het lezen van boeken, ze laten wegdromen bij een mooi verhaal en hun nieuwsgierigheid te prikkelen.”
De hoofdpersoon in het boek, Lente, is zestien jaar en woont samen met haar moeder en opa in het dorp Bankschroef. Een dorp waar gefluisterd wordt, een dorp waar je niet oud wilt worden. Haar overzichtelijke leventje wordt ontwricht wanneer ze van haar moeder hoort dat die ernstig ziek is.


Van Jelte van der Kooi verscheen in 2000 de roman Martin – 2-14 december 1975, over een fictief personage dat als één van de gegijzelden betrokken raakt bij de treinkaping bij Wijster.

De oud-onderwijzer houdt zich verder intensief bezig met activiteiten rondom leesbevordering, in welk verband hij ‘Meester Korneel’ in verhalen opvoert, en regelmatig zelf in Meester Korneels huid kruipt om verhalen te vertellen.


www.booklight.nl
inkijkpagina’s van ik, Lente: http://www.booklight.nl/wp-content/uploads/9789491472275.pdf
https://www.facebook.com/ik.Lente

eerdere publicaties over ik, Lente: http://kooigevecht.blogspot.nl/

woensdag 5 juni 2013

knikkeren

‘Papa, ik wil graag knikkers mee naar school. Ik heb gisteren deze vier knikkers gewonnen', zegt mijn zoon.

De schrik slaat me om mijn hart. Waarom dat zo is?
Mijn gedachtensprong:

Je bent vijf, je gaat knikkeren met valsspelende jongens van tien, elf. Je neemt mijn knikkers mee, mijn sieraden, mijn veroveringen van oh zo lang geleden. Mijn dubbele dikken en dikken, de eentjes en de katte-ogen. En aan het eind verlies je alles.

Dat is mijn gedachte. 
En ik herinner dat ik jaren geleden als meester getuige was van dit tafereel:

Spelknikkers.

,,Op het randje!”
,,Nee hoor.”
,,Hij moest nog!”
,,Nou ben ik.”
,,Ik ben.”
,,Echt niet jong.”
,,Doorrollen.”
,,Nu is zij en daarna ben jij.”
,,Ik lig.”
,,Ja dahahag, dat is vals.”
Gewoon een paar pauze-buiten-gehoord-zinnen. Onbegrijpelijke zinnen, uitgesproken door gewone kinderen in een vreemde fantasierijke taal met korte kreetachtige zinnen.
,,Uitlaat.”
,,Ja dahahahag!! Dat heb je net zelf bedacht.”
,,Nee hoor, vraag maar na.”
,,Je loopt weg en nu wil je weer mee doen.”
,,Het was nep hoor.”
Het gesprek gaat verder, de zinnen rollen over het schoolplein in de pauze en als ik luister met mijn ogen dicht klinkt het vreemd, alsof ik in een andere wereld ben terechtgekomen. Het is kinderknikkertaal, het zijn de regels van het knikkerspel die besproken, die geroepen worden. Het zijn de regels die horen bij de mooie glazen stuiters: de dikken, de katte-ogen en de dubbele dikken, de duizendknikker en de eentjes, de mooien en de bonken. Een levensechte wereld waarin de kinderen hun eigen regels hebben gesteld, hun eigen grenzen hebben bepaald. Regels die ik niet snap, die de andere meesters en juffen niet snappen en die de kinderen soms zelf niet snappen. Misverstanden leiden tot halve ruzies en kwade gezichten, ze leiden van “ik knikker niet meer met jou” tot “ik ook lekker nooit meer met jou”.
,,Het was geen nep. We zouden voor echt gaan.”
,,Dan doe we het potje over.”
,,Ja, mooi niet.”
,,Jij had een dikke en ik had alleen maar drie katte-ogen, dat was ook niet eerlijk.”
De twee knikkerkemphanen kijken om zich heen. Meer kinderen willen wel even gebruik maken van deze knikkertegel maar ze kunnen niet omdat de knikkerrivalen de plek bezet houden. De zon schijnt en het knikkeren is weer begonnen dit jaar. De glazen druppels rollen weer, de glazen tranen die zo veel waard zijn, die zoveel losmaken, die laten lachen en huilen, die laten triomferen en teleurstellen, die onderdeel zijn van het spelen, van het spel, van het spel om de knikkers.
,,Oké dan. Dan beginnen we weer opnieuw.”
,,Nu hoeft het niet meer van mij. Jij mag ze wel hebben.”
,,Hier, dan heb jij je eigen knikkers weer terug.”
,,Dank je wel. Nog een keer?”


En dan opeens, terwijl ik mijn zoon aankijk schiet het toverwoord door mijn hoofd:
                                   LOSLATEN.
En ik laat los en geef je natuurlijk knikkers mee.

Vanmiddag kijk ik je vragend aan.
‘En?’, vraag ik ‘hoe ging het knikkeren?’
‘Daar wil ik het nu niet over hebben’, antwoord je.
‘Oh ja, toch wel. Ik heb er nu één minder maar de mooiste heb ik bewaard. Die wil ik niet kwijt.’
Ik aai je over je bol, schouderklop je en glimlach.
‘Morgen weer?’, vraag ik.
Je knikt.

‘En nu ga ik weer buiten spelen hoor’, zeg je. En weg ben je. 

zondag 2 juni 2013

Samen niet wij

Die onbedwingbare drang om te schrijven. Ik heb hem, elke dag weer. Zeker nadat ik deze week bij de beste singer songwriter de tekst van Maaike Ouboter hoorde.
"Dat ik je mis..." 
Een fijne tekst die meer weglaat dan toevoegt en daardoor veel meer toevoegt doordat ze weglaat.
Ik kreeg van verschillende kanten te horen dat ze in het lied de stijl van mijn laatste roman ( ik, Lente) herkenden.
Het leverde me kippenvel op en ik dacht: Dat wil ik ook: een tekst schrijven die gezongen kan worden. Een lied vol rijm en binnenrijm, een tekst die model kan staan voor een lied. 
Het liet me niet los en gisteravond stroomden de eerste woorden van het lied, mijn lied, binnen.
Ik mag nog schaven en verder schetsen maar ik wil hem nu al even kwijt. Aan jou!

de werktitel?
Samen niet wij
(te zingen door een mevrouw...)

zie je die zwaluw
daar in de schaduw
onder die wolk
die over ons grijst

jij ziet hem komen
waar ik hem zie gaan
vlieg mee op zijn vleugels
helemaal los voortaan
van jou...

je verstikt me
ontwricht me
verdooft me
berooft me
van wie ik was
je wil me
ik stil me
ver van jou

ik jouw vrouw
jij niet mijn man
ik en jij 
samen niet wij
laat me maar vrij
met de zwaluw gaan

het zomert maar niet in mijn hoofd
je bedekte mijn denken
gedachten door je geleidt
ik weet dat ik ga nu
zwaluw me van je 
weet dat ik me bevrijd

ik volg het water
mijn gedachten zullen later
meanderend gaan
op vleugelslagen wiek ik
op de adem van een zucht
een weldoordachte vlucht 
weet dat het beter is
dat het zo veel beter is
voor ons dat wij niet samen is
loslaten niet missen is
het gaan en niet komen is

zie je die zwaluw
daar in de schaduw
onder die wolk
die over ons grijst


jij ziet hem komen
waar ik hem zie gaan
vlieg mee op zijn vleugels
helemaal los voortaan
van jou...

vrijdag 24 mei 2013

in de boeien

Donderdag was ik als schoolbegeleider op een school in Noord-Holland.
In de middagpauze at ik mijn brood toen mijn oog viel op wat verbogen stukken hard plastic. Ik meende er handboeien in te herkennen.
Op mijn opgetrokken wenkbrauwen en bijpassende vragende blik reageerde de conciërge:
(hier de telegramstijl weergave van haar vier minuten durende geweldige relaas)

"Ja, dat waren handboeien.
Ze zaten in een kist die hoort bij het thema ‘beroepen’.
H. (naam van de beroepskleuter uit groep 2) had ze er uit gevist en om zijn linkerpols gedaan.
Hij kreeg ze niet af.
Het sleuteltje was weg.
De handboei kwam steeds vaster om zijn pols te zitten.
Ik heb de handboei ‘operatief’met een tang verwijderd.
H. liep daarna juichend door school om iedereen te vertellen dat hij weer vrij was."
(einde telegramverhaal)

We gniffelden wat na, de conciërge en ik, hoofdschuddend. Zoiets verzin je niet.

Wat ik ook niet verzin?

De fijne reacties op mijn boek.
Ze boeien me en, in tegenstelling tot H., die ontboeid werd, blijf ik graag in de handboeien van de lezers en reviewers zitten die op hun beurt geboeid zeggen te zijn door Lente, hoofdpersonage van ‘ik, Lente.’

woensdag 15 mei 2013

mooie woorden


‘Ik, Lente’ is nu twee weken in de wereld.

De eerste reacties komen binnen. Ik heb de schrijvers ervan niet om toestemming gevraagd om ze in dit blog op te nemen. Vandaar hun initialen. (Naam en adres is bij de redactie bekend ;) )

“Mijn God Jelte van der Kooi wat verschrikkelijk mooi geschreven. Ik ben nog maar op bladzijde 16 - mn jas nog aan- en nou al jubelen mijn hoofd en hart. Met gekrulde tenen lees ik de korte zinnen, ik proef de woorden, alsof ik weer kind ben en leer lezen... Dat is het eerste wat in mij opkomt. Dank je, dat je mij weer even kind laat voelen. Mij dicht bij de ziel brengt... En vast meer mensen...
(A H, via FaceBook)

“ik, Lente is een 'verse novel' en dat spreek je uit als "vurs novel"... Een roman in versvorm dus. En dat is een bijzondere en gewaagde keuze van de schrijver! En bovenal: heel bijzonder om te mogen lezen!

ik, Lente gaat over Lente. Ze is zestien jaar en woont op een boerderij met haar moeder Zwaan en haar opa. Elke jaar bouwen ze een vogelverschrikker, en haar opa zit in een rolstoel, maar schijnt wel te kunnen lopen.  In het dorp fluistert iedereen over elkaar en op de boerderij is er een bomenrij waar Lente niet voorbij mag lopen. Een overzichtelijk en besloten leven, zo op het oog. Lente's leven wordt op zijn kop gezet als haar  moeder ziek blijkt te zijn en niet lang meer te leven heeft. Stukje bij beetje vertelt Zwaan aan haar dochter over haar leven en haar verleden. Maar is het de hele waarheid, of de halve waarheid?

Dit bovenstaande verhaal wordt dus volledig vertelt in versvorm. In korte regels, maar met heel veel inhoud ertussen. ik, Lente is een verhaal wat je rustig moet lezen en waar je tijd voor moet nemen, anders mis je de helft bij wijze van spreken. Door de korte regels ben je namelijk geneigd om erdoorheen te vliegen, maar dat zou zonde zijn. Het is een verhaal over een meisje wat haar moeder kwijtraakt en naar dat afscheid toewerkt. Dat wordt op een unieke manier beschreven. Met zachte en mooie zinspelingen over een venijnig onderwerp. Ik vind het knap gedaan!”
@Leesdame

“Het dartelt, kronkelt, dwarrelt, duizelt, suist en inspireert. ik, Lente kringelt door en om mijn hoofd als ik de ruimte tussen de woorden opvul met mijn verbeelding. De verse 'verse novel' lezen alleen is niet genoeg; co-creëren is de kunst! ik, Lente voedt het hoofd! Dank Jelte!”
(M. M. via FaceBook)



“Wat is @JelteVanDerKooi geweldig in staat om de kern te raken met subtiliteit. Wauw. Blij dat ik nog even mag doorlezen #iklente #ikzieje
(E.D. via twitter)

Het boek doet zijn werk nu en ik observeer mensen die het in handen krijgen.
Eergisteren overhandigde ik het boek aan een mede cursist. Ze opende het, las de eerste pagina, keek me aan en zei:

“Lieve hemel, ik krijg er kippenvel van.”

Wil je weten waar ze kippenvel van kreeg?
Hier volgt de eerste pagina van ‘ik Lente’, lees hem door terwijl ik de vindtocht naar meer mooie woorden over mijn boek verder ontdek.

Ik heet Lente.
Mijn moeder
heet Zwaan
en ik zit tegenover mijn opa
als ik dit schrijf.
Hij zwijgt
twee koppen thee
met drie biscuitjes lang.
Hij is slurpend stil
waarbij druppels thee,
deze keer
zonder suiker,
uit zijn mondhoeken glijden
en op de tafel
traanachtige druppels vormen.
Hij kijkt dwars door me
over de akkers
naar zijn eigen horizon.
Ik kijk naar zijn hoofd,
zie de hersenen kraken
maar hoor ze niet knarsen.
Opa zwijgt
op mijn vraag
waarom hij ooit
met oma is getrouwd.
Ik denk dat hij nooit meer
zal stoppen met zwijgen.

meer info:
https://www.facebook.com/ik.Lente
voor (dag)bladen die een recensie-exemplaar willen ontvangen:
ziener@online.nl

de uitgever van ik, Lente: http://www.booklight.nl/



maandag 6 mei 2013

een shot dopamine


Op de avond dat bekend wordt welk boek de Libris literatuurprijs krijgt dwalen mijn gedachten.
Geen zorgen, dat doen ze wel vaker.
Ik loop ze gewoon achterna, geef ze een duw in de rug, sla een arm om hun schouder en geef ze en high five. Dat doe ik met dwalende gedachten.

Gedachten mogen dwalen, zeker na:
“Het is uit. Wat een indrukwekkend verhaal op een prachtige manier verteld. Ontroerend. Mooi!

De quote kwam uit een bericht van Janet Katerberg. Ze las het boek ‘ik, Lente’, mijn verse novel en reageerde op bovenstaande manier op haar FaceBook pagina.

Ik wil graag wat over haar woorden schrijven. Maar ik doe het niet. Ik wil alleen het gevoel omschrijven dat ik had toen ik het las.

Maar ook dat, merk ik, is niet te doen.
Janets zinnen zijn Kunst en, zo las ik vandaag : “kunst maakt dopamine aan…”

‘The same part of the brain that is excited when you fall for someone romantically is stimulated when you stare at great works of beauty, researchers have discovered.

“Dopamine speelt een grote rol bij het ervaren van genieten, blijdschap en welzijn.” (aldus wikipedia)

Ik denk dus dat er dopamine bij me vrij kwam toen ik de zinnen las.
En zo hoop ik dat tijdens het lezen van ‘ik, Lente’, bij de lezer ook dopamine wordt aanmaakt. Immers dan heb ik bijgedragen aan een min of meer tijdelijk “ervaren van genieten, blijdschap en welzijn.”

Kijk, zo dwalen mijn gedachten vanavond. Ik loop ze gewoon achterna en omarm ze.
Ondertussen wens ik de auteur van het winnende boek van vanavond een enorme shot dopamine.
Dat het beste boek mag winnen!

woensdag 1 mei 2013

een verse novel: tien tips


tien tips: hoe lees ik een verse novel

Ik schrijf dit blog bij mijn boek ‘ik, Lente.’ Het kwam afgelopen maandag uit (29 april)

“Aan de stijl en vorm moet je als fictielezer misschien even wennen,” weet Van der Laan, “maar zelfs doorgewinterde romanlezers gaan bij dit boek overstag. Want ik, Lente is een heftig en meeslepend verhaal, met boeiende dialogen en uitgediepte karakters. Tegelijkertijd is het zo subtiel geschreven, zo ingetogen, in korte, ritmische regels, dat het je raakt door de soberheid en eenvoud.”

Bovenstaande woorden schreef mijn uitgever, Suzanna van der Laan.

Ik ben het met haar eens. Ik schrijf al bijna dertig jaar zoals ik schrijf maar ik besef dat niet iedereen al dertig jaar verse novels leest.

Daarom tien tips om mijn verse novel te lezen.

Een verse novel laat zich niet beschrijven. Je moet het ondergaan.
Enkele kenmerken:

Korte zinnen; meer weglaten dan toevoegen; filmisch; directheid; beschrijvend;...

tien tips voor jou, de hopelijk toekomstig lezer van ‘ik, Lente’, mijn verse novel.

1. sluit je af voor prikkels
2. open je voor prikkels die je tussen de regels door zult vinden
3. zoek niet naar de werkelijkheden, aangezien ze zijn opgebouwd uit verschillende waarheden
4. vreemd vinden mag, moet zelfs
5. herlezen van bladzijden zal vaker voorkomen dan je denkt zonder dat de vaart er uit gaat
6. woorden die je niet begrijpt staan er, bij nadere bestudering, helemaal niet
7. hou de tekst dicht bij jezelf
8. balanceer tussen geloof en ongeloof
9. lees het in 1 keer uit
10. vergeet 1 tot en met 9 en geniet gewoon.

Lezen, dat is kijken, zien en ondergaan!


meer weten?
https://www.facebook.com/ik.Lente (de Facebook pagina bij het boek)
http://www.youtube.com/watch?v=zp-lUH7Dtbw (de titelsong bij 'ik, Lente)

vrijdag 26 april 2013

'Zwanenzang' de titelsong bij 'ik, Lente'


pffff… te verkouden om een boek te ruiken!

Mijn neus is verstopt. Nergens te vinden. Gelukkig heb ik nog genoeg zintuigen om van ‘ik, Lente’ te genieten. Ik kreeg gisteren een pallet vol boeken binnen.
Ik heb één van de boeken gepakt. Ik heb m geaaid, gevoeld, gestreeld.
Zes jaar zinnen schrijven en schrappen kwam voorbij.
Niet dat ik er elke week mee bezig was, dat niet.
Er zijn periodes geweest dat ik niet eens meer wist dat Lente op me wachtte.
Ik opende het boek en zag de letters. Mijn letters, mijn zinnen. Ik las ze hardop aan mezelf voor en proefde t zout van mijn tranen.
Mijn zintuigen dus… behalve mijn reuk.
En gisteravond laat kreeg ik nog de titelsong binnen in een mailtje van Jorien Habing.  Door een oproep, een paar week geleden op Facebook kreeg ik contact met haar. De kracht van social media dus…
Ik had een tekst geschreven op het nummer van Matt Simons: With you. En… Jorien heeft het gezongen. Vervolgens heb ik er een ‘fotofilmpje’ bij gemaakt.
Hier het resultaat. En wat voor resultaat… Ik ben er trots op.


We zouden er nog graag een kwalitatief betere opname van willen maken. Of een optreden. 
Iemand een tip?
Mijn zintuigen worden geprikkeld… maar ik hoop wel dat mijn reukvermogen snel weer terug komt.

maandag 22 april 2013

ik, Lente



ik, Lente is een verhaal dat bij je blijft en je laat zoeken naar de werkelijkheid, die tussen de regels door geschreven is.





Verse novel: literatuur voor op je smartphone

Is Nederland klaar voor een ‘nieuw’ literair genre? Schrijver Jelte van der Kooi en uitgeefster Suzanna van der Laan denken van wel. Op 29 april verschijnt de verse novel ik, Lente van Jelte van der Kooi bij uitgeverij Booklight. 

Hij is daarmee een van de eerste Nederlandse schrijvers die dit genre – een roman in versvorm – omarmt en op de kaart wil zetten. Tot nu toe zijn er in Nederland slechts vertalingen verschenen, onder meer van de Australische schrijver Steven Herrick, de grote inspiratiebron voor Van der Kooi.

Subtiel geschreven
“Aan de stijl en vorm moet je als fictielezer misschien even wennen,” meent Van der Laan, “maar zelfs doorgewinterde romanlezers gaan bij dit boek overstag. Want
 ik, Lente is een heftig en meeslepend verhaal, met boeiende dialogen en uitgediepte karakters. Tegelijkertijd is het zo subtiel geschreven, zo ingetogen, in korte, ritmische regels, dat het je raakt door de soberheid en eenvoud.”

Smartphone-boek
ik, Lente
 verschijnt ook als e-book en is door de versvorm als het ware op maat gemaakt  voor het lezen op een smartphone. Daarmee hopen schrijver en uitgever naast de reguliere romanlezer ook de nieuwe generatie lezers aan te spreken. Van der Kooi: “Mijn grotere doel is om jongeren weer aan het lezen te krijgen, ze weer plezier te laten krijgen in het lezen van boeken, ze laten wegdromen bij een mooi verhaal en hun nieuwsgierigheid te prikkelen.” 

De hoofdpersoon in het boek, Lente, is zestien jaar en woont samen met haar moeder en opa in het dorp Bankschroef. Een dorp waar gefluisterd wordt, een dorp waar je niet oud wilt worden. Haar overzichtelijke leventje wordt ontwricht wanneer ze van haar moeder hoort dat die ernstig ziek is.
 

Over de auteur
Jelte van der Kooi (1965) is schrijver, verteller en denker zonder kaders. In zijn werk brengt hij organisaties en mensen in beweging, verbindt ze door te prikkelen en te spelen met nieuwsgierigheid. Dat doet hij ook met deze verse novel, lichtvoetig balancerend op de grens van proza en poëzie.
 

Boekgegevens
Paperback, 240 pagina’s, € 14,95. ISBN 978 94 91472 275
ePub, € 8,95. ISBN 978 94 91472 282
ik, Lente
 is vanaf 
29 april verkrijgbaar in de boekhandel en via www.booklight.nl





De auteur is beschikbaar voor interviews en een reviewexemplaar te bereiken via 06 - 229 06 504 en e-mail: ziener@online.nl

Meer informatie over Jelte van der Kooi:
 
www.jeltevanderkooi.booklight.nl
Kijk ook op www.youtube.com/user/leesrijk voor de boektrailer(s) en de titelsong 'Zwanenzang'